dinsdag 19 mei 2009

Gefactureerde BTW: gegronde twijfel

De ondernemer die zijn klanten BTW in rekening brengt, moet die BTW tijdig aan de schatkist afdragen. Doet hij dat niet, dan volgt al snel een naheffingsaanslag mét boete.
Maar als de ondernemer twijfelt over de vraag of hij wel BTW verschuldigd is over de door hem verrichte diensten, en zijn adviseur die twijfel niet kan wegnemen en de zaak voorlegt aan de bevoegde inspecteur, dan moet bij naheffing een boete achterwege blijven.

‘Aan het Werk’, een samenwerkingsverband van arbeidsdeskundigen en medisch instellingen, startte in maart 2001 met de exploitatie van een arbeidskundig adviesbureau. De werkzaamheden van het bureau bestonden voor een groot deel uit het uitvoeren van diagnoses, op medisch, psychisch en arbeidskundig terrein. Onduidelijk was of voor die werkzaamheden de BTW-vrijstelling voor medische dienstverlening van toepassing was. De belastingadviseur van het adviesbureau legde die vraag voor aan de bevoegde inspecteur. ‘Aan het Werk’ declareerde haar werkzaamheden voorlopig mét BTW aan haar afnemers, maar die BTW droeg zij niet af aan de fiscus, in afwachting van het definitieve standpunt van de inspecteur. Zij diende wel aangiften omzetbelasting in, met een af te dragen bedrag van nihil; in de aangiften claimde zij géén aftrek van voorbelasting.

In januari 2002 deelde de inspecteur mee dat de BTW-vrijstelling niet van toepassing was op de volledige dienstverlening van ‘Aan het Werk’. Afgesproken werd dat het adviesbureau over 2001 en 2002 een gesplitste jaarrekening zou opmaken met een BTW-belaste en een BTW-vrijgestelde omzet. De belastingadviseur zou die splitsing en de toerekening van de BTW-vooraftrek kritisch bezien en de afdracht van de per saldo verschuldigde BTW begeleiden. In maart 2003 werd de concept jaarrekening over 2002 afgerond. De belastingadviseur verzond die maand een memo naar de inspecteur, met daarin een toelichting op de ultimo 2002 op de balans opgevoerde schuld inzake de nog af te dragen BTW.

In juli 2004, toen nog steeds geen afdracht had plaatsgevonden, legde de inspecteur een naheffingsaanslag op (tot een bedrag van € 119.972), met een boete van 25%. Volgens de inspecteur was het aan grove schuld van het adviesbureau te wijten dat de verschuldigde BTW nog steeds niet was afgedragen. Belanghebbende had haar diensten mét BTW gefactureerd, en dan verplicht de wet om die BTW tijdig af te dragen, zelfs als later blijkt dat de BTW niet verschuldigd is. Het uitstellen van die afdracht was verwijtbaar als grove schuld.

Rechtbank Haarlem was het daarmee eens. De Rechtbank vond 25% boete ‘passend en geboden’. Hof Amsterdam kwam in hoger beroep tot een veel coulanter uitspraak. Belanghebbende kon geen grove schuld worden verweten. Zij had gegronde redenen om te betwijfelen of de door haar verrichte diensten mét BTW moesten worden gefactureerd. Zij had die vraag voorgelegd aan de Belastingdienst, en toen die beantwoord was had zij de uitwerking van de met de inspecteur gemaakte afspraken overgelaten aan haar adviseur.

Het vermelden van BTW op de uitgereikte facturen zonder die BTW op aangifte te voldoen vond het Hof onvoldoende reden om grove schuld aanwezig te achten. Het Hof vernietigde de boete.

Commentaar

De omzetbelasting hanteert een eenvoudig principe: gefactureerde omzetbelasting is per definitie verschuldigd. De wet kent daarvoor een speciale vangnetbepaling, inhoudende dat wanneer een ondernemer – maar ook een particulier! – op een door hem verstrekte factuur “op enigerlei wijze melding maakt van omzetbelasting” hij die omzetbelasting verschuldigd is. Ook als later blijkt dat die belasting volgens de reguliere regels van de BTW niet verschuldigd is. Op grond van deze regeling had de belanghebbende in deze procedure de door haar gefactureerde BTW al lang moeten afdragen aan de schatkist. Dat zij dat niet gedaan heeft, vindt de Amsterdamse belastingrechter in de gegeven situatie terecht niet verwijtbaar. Daarmee blijft het principe van ‘gefactureerde omzetbelasting is verschuldigd’ in stand, maar bij gegronde twijfel aan die BTW-afdracht moet een boete bij naheffing achterwege blijven.

Bron: BelastingBelangen Augustus 2008
Copyright: BelastingBelangen
Link: http://www.belastingbelangen.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten